Wat kunnen dieren voor je doen?

 

De meeste huisdier’lovers’ zullen akkoord zijn als ik zeg dat een 'huisdier hebben' goed is voor de gezondheid.

Veel studies hebben dit al bewezen en zeg nou zelf eens: ‘Mensen met een huisdier voelen zich meestal gelukkiger en minder eenzaam’. Voor alleenstaanden is het dier een troostend gezelschap. De zorg voor de huisgenoot wordt een nieuw doel in hun leven en dat is meteen bevorderlijk voor hun zelfvertrouwen. De hond af en toe uitlaten is goed voor de beweging én er kunnen sociale contacten ontstaan. Chronisch zieken voelen zich minder depressief en geïsoleerd met een huisdier in de buurt. De liefde van zo’n schattige hond of kat is onvoorwaardelijk! Welk humeur je ook hebt, of je nu net een opdoffer of een pluim kreeg en je wilt je gevoelens ventileren, je huisdier is er altijd voor jou. Een hond of een paard kan kinderen en jonge tieners helpen om hun beperkingen of remmingen te overwinnen.

Maar dieren kunnen meer dan dat!

Ooit al gehoord dat een kind, dat al lange tijd nergens meer op reageerde, plotseling lacht of probeert zijn handen te bewegen? Of dat een dementiepatiënt weer contact zoekt met de buitenwereld?

Breng eens een hond of poes mee binnen in een rust-en verzorgingstehuis. De bewoners maken kennis, aaien en genieten. Velen hebben hun geliefde viervoeter moeten achterlaten, wanneer ze hier kwamen wonen. Zou het niet mooi zijn als een therapiehond af en toe een bezoekje kan brengen?

Nog een voorbeeld: Er staat een aquarium in de wachtkamer van de huisarts, de vissen leiden af, de patiënten krijgen een gevoel van rust?! En … is het waar dat autistische kinderen loskomen bij dolfijnen, of hoe zit het met het gelukshormoon dat vrijkomt als je een hond aait?

Je werkdag zit erop, je wilt snel naar huis, onderweg pieker je nog over dat laatste gesprek met de baas, je ergert je aan een collega, je denkt aan de boodschappen die je nog moet doen. En dan is er de file, of de trein die vertraging heeft … je bent er klaar mee en je wilt gewoon rust! Je komt thuis, draait de sleutel in het slot, en aan de andere kant is iemand dolblij dat we er weer zijn – de hond. Het lijkt wel of hij je maandenlang heeft gemist. Je gaat op de grond zitten en begroet je beste vriend. Samen met de tas vallen de dagelijkse beslommeringen van je schouders. Alles is weer goed – of tenminste stukken beter dan enkele minuten geleden.

Of het nu een poes is, een hond, een paard, een vogel of dolfijn, dieren worden steeds vaker ingezet bij het behandelen van (vooral geestelijke) problemen.

Grondlegger van deze therapie is de Amerikaanse kinderpsychiater Boris Levinson. In zijn praktijk zag hij een jongetje dat niets zei. De jongen kón wel praten, maar hij deed het gewoon niet, tegen niemand. Levinson probeerde van alles, maar niets werkte. Tot de moeder het jongetje op een dag iets te vroeg naar de praktijk bracht. Jingles, de hond van Levinson, was op dat moment in de spreekkamer, iets wat normaal gesproken nooit het geval was. De psychiater maakte nog even af waar hij mee bezig was en hoorde tot zijn verbazing de jongen tegen jingles praten. Voor Levinson was dit dé aanleiding om de heilzame invloed van dieren op kinderen te gaan onderzoeken, en zo werd hij in 1964 de grondlegger van ‘Animal Assisted Therapy’ (AAT) - een terrein dat zich inmiddels steeds meer uitbreidt met een hele waaier aan hulphonden, paardentherapieën en therapeutische poezen aaien tot gevolg.

Wees gerust, we hoeven niet meer naar Amerika voor AAT. Ook in België is er het Instituut voor Animal Assisted Therapy : http://www.therapiemetdieren.be/

In Nederland is psycholoog Nienke Endenburg als deskundige in mens/dier-relaties verbonden aan de faculteit Diergeneeskunde van de universiteit van Utrecht. Zij gelooft dat er op therapeutisch gebied positieve dingen tussen mensen en dieren kunnen ontstaan, al plaatst ze er wel enkele kritische kanttekeningen bij. “Er moet nog veel beter worden onderzocht welke dieren voor welke groepen mensen onder welke voorwaarden waardevol kunnen zijn. Het probleem is dat iedereen meteen door een roze bril kijkt als er dieren in het spel zijn, ook de wetenschap.”

http://www.stichtingtherapiehond.nl/aai-aat/  en  http://www.pets4care.nl/

Nienke Endenburg heeft zelf honden, poezen, konijnen, schapen en paarden die ze ook weleens in haar psychologiepraktijk inzet. Zij vertelt als volgt: “Het is gewoon zo dat er een andere chemie ontstaat als ik met een kind een paard ga borstelen, of als we met de hond in het bos gaan wandelen. Mensen voelen zich veel vrijer om te praten. Een hond blijft gewoon bij je liggen, ook als je huilt of de vreselijkste dingen vertelt. En tegen een kind met veel agressie kun je zeggen: ‘zie je dat als jij heel kwaad bent, de poes de kamer uitloopt?’ Een dier is niet schijnheilig en geeft onmiddellijk feedback. Het omgaan met een dier kan dus een brug zijn naar gewenst gedrag. Dat is heel zinvol. Maar dat geldt beslist niet voor elke dierentherapie.”

Zo is zij bv. sceptisch over een nieuwe paardentherapie, waarbij het paard je in contact zou brengen met je ziel door jouw gedrag te spiegelen. Kan niet, vindt de psycholoog. “De mens is een roofdier en een paard een prooidier. Dat geeft al een totaal andere hersenstructuur. Het punt is dat wij onze emoties onbewust op dieren projecteren. Dat vermenselijken, ‘antropomorfiseren’ heet dat, is een natuurlijke reactie die wij nodig hebben om een band met een dier te krijgen. Maar ik weet niet wat er precies in een paard omgaat en dat paard weet dat ook niet van mij. Als ik tegen mijn hond praat, en pikt hij heus wel iets van mijn stemming op – baasje is blij, baasje is boos – maar inhoudelijk begrijpt hij niets van wat ik zeg. Ik weet dat verbazingwekkend veel mensen dar anders over denken, omdat ik daar zelf onderzoek naar gedaan heb. Daaruit bleek dat 76 % van de honden- en kattenbezitters ervan overtuigd is dat hun hond of poes alles begrijpt wat ze zeggen.”

Nienke vertelt dat, “bij ouderen met een hond, kat of vogel er sprake is van wat meer levensvreugde. Ook heeft het een klein, maar positief effect op het sociale contact. Een dier houdt je gezelschap, waardoor ouderen zich minder eenzaam voelen. Bovendien raak je met een huisdier wat sneller in gesprek met anderen.”

En wat met dolfijnen? Van deze prachtige, speelse zeezoogdieren worden we vrolijk. Dat is logisch, want ze lachen zelf toch ook de hele dag. Maar Nienke schudt het hoofd. “Dat is weer zo’n voorbeeld van een antropmorfisme: dolfijnen hebben maar één gezichtsuitdrukking, die wij mensen interpreteren als een lach.”

Bij de vraag aan Nienke of het contact met dolfijnen heilzaam zou werken voor kinderen met autisme of met het syndroom van Down. En of het waar is dat ze meer ontspannen en openstaan voor contact, zegt Nienke volgende: “Bij dolfijntherapie verblijven de ouders en kind vaak op een zonnig tropisch eiland waar ze overladen worden met aandacht en los zijn van beslommeringen thuis. Ze gaan zich automatisch dus een stuk zorgelozer en meer ontspannen voelen. Maar eerlijk gezegd denk ik dat je in Nederland met een hond, kat en zelfs een schaap hetzelfde resultaat kunt bereiken. Een dolfijn is bovendien een wild dier dat in de oceaan thuishoort. We zijn nu net zover dat we omwille van hun welzijn geen wilde dieren meer in een circus willen zien. Willen we dit dan wel met dolfijnen?”

 

De werking van therapiedieren/hulphonden

De medische wereld maakt gebruik van de positieve invloed die dieren op mensen hebben, deels zelfs zonder te weten hoe de dieren het voor elkaar krijgen. Hoe een hond weet dat een epilepsiepatiënt op het punt staat een aanval te krijgen of er bij een diabeticus een hypo dreigt, daarvoor zijn pas sinds korte tijd aanknopingspunten. Hoe het aaien van een konijn of een kat mensen uit een jarenlange apathie kan trekken, daarvoor ontbraken lange tijd, de wetenschappelijke verklaringen.

 

Welk is de positieve invloed van dieren op kinderen met ADHD of autisme?

Voor kinderen met ADHD of autisme kan het goed zijn om een dier in hun leefwereld te integreren. Door middel van werken met een therapiehond wordt de toegang tot de omgeving vergemakkelijkt.

ADHD- kinderen hebben zodanig veel energie dat ze het vaak moeilijk hebben om zich te focussen. Als ze de zorg voor een huisdier krijgen, krijgen ze een aantal specifieke taken die focus vragen en waarvoor je zo’n kind de verantwoordelijkheid kunt geven. De band die het kind met het dier ontwikkelt, bevordert hun het zelfvertrouwen en geeft een gevoel van rust en veiligheid. Als je met een hond of kat knuffelt, komt er een bepaald stofje vrij, nl oxytocine, ook bekend als het ‘knuffelhormoon’. Die stof zorgt niet alleen voor een verlaging van angst en het stress- en agressieniveau, maar ook voor een gevoel van binding. In die zin is een positief effect enigszins verklaarbaar.

Maar is wat goed is voor de mens ook wel goed voor het dier? Ik kan het me namelijk voorstellen dat een dier bang en onrustig kan worden bij kinderen met bv. ADHD. Zo’n dier kan het gevoel krijgen dat het zich moet verdedigen, met een krab- of bijtwonde tot gevolg. De match moet dus absoluut passend zijn.

 

Kinderen met autisme hebben vaak last van interactie en communicatie. Een hond kan muren afbreken en de aandacht van de kinderen trekken en vasthouden. Honden hebben ook een rustgevend en ontspannend effect waardoor spierkrampen worden opgeheven.  Door activiteiten die verband houden met ‘sensorische integratie’ (waarneming van prikkels) worden de kinderen geholpen, bij gewenning met bepaalde zintuiglijke ervaringen: hoe het is om iets tegen je huid te voelen of hoe ze moeten reageren op bepaalde geluiden of geuren. Zowel honden als paarden worden hierbij ingeschakeld.

Voor autisten kunnen dieren bemiddelaars zijn tussen de wereld van gezonde mensen en hun eigen emotionele gevangenis, waar ze zichzelf alleen met veel moeite of helemaal niet uit kunnen bevrijden.

Ook volwassenen met autisme 'koe'municeren beter met dieren.

 

Therapiehonden boeken ook positieve resultaten bij moeilijk opvoedbare jongeren. Dit kunnen bv. jongeren zijn met psychiatrische problemen, met een verleden van mishandeling en misbruik, en bij kinderen die hun rouw moeten verwerken. En het staat vast dat bij verstandelijk en lichamelijk gehandicapte kinderen hun motoriek, reactievermogen en leervermogen verbetert door de omgang met een therapiehond.

We spreken van therapiehonden, maar ook van hulphonden. Er zijn naast de blindengeleidehond, politiehond en speurhond ook veel soorten hulphonden met indrukwekkende medische en therapeutische taken.

* Er zijn honden die mindervaliden helpen bij dagelijkse handelingen als de was en de plas.

* De epileptische-hulphond helpt voor, tijdens en na een epileptische aanval. Men vermoedt dat de honden veranderingen in de zuurstofverzadiging van hun baasjes waarnemen, waarschijnlijk door een veranderende ademhaling. Zij stoten aan hun baasje, leggen de poten op schoot of beginnen de handen te likken.

* Hetzelfde gebeurt bij diabetici die momenten meemaken waarop ze een te hoge of te lage bloedsuiker hebben. Het waarschuwingsgedrag kan niet aangeleerd worden, het is aangeboren. Wat wel getraind kan worden, is het op de hoogte brengen van huisgenoten – vooral belangrijk bij kinderen – of het aanbrengen van de benodigde medicijnen.

* De PTSS-hulp-hond steunt mensen die kampen met de gevolgen van een posttraumatisch stresssyndroom.

* Parkinson patiënten kunnen langer zelfstandig wonen dank zij speciaal getrainde honden. De hond kan gevallen voorwerpen oprapen en noodzakelijk voorwerpen halen. Ze leerden ook deuren openen en dichtdoen én lichtschakelaars aanzetten met hun poot.

* Alzheimer patiënten het eten gemakkelijker lukt als er een visbokaal op tafel of in de nabijheid staat en ze een visje zien zwemmen.

Uit onderzoek blijkt dat mensen zo’n dier het eerste halfjaar nog als assistent beschouwen, maar daarna verschuift dat gevoel en zien ze de hond steeds meer als maatje.

* Een therapiehond heeft al veel patiënten die fysieke revalidatie nodig hebben, gemotiveerd om specifieke bewegingsoefeningen te doen. Een voorbeeld: door aanraken en aaien van de hond, worden spieren van een zieke hand pijnvrij gerekt. De zachte en warme vacht van de hond maken de oefeningen plezierig. Ook mensen met chronische pijn worden door een hond gestimuleerd om te bewegen.

* Patiënten die na bv. een hersenbloeding een spraakgebrek hebben, leren gemakkelijker praten tegen een hond. Het dier oordeelt niet, lacht niet om fouten en stimuleert het gesprek door oprechte aandacht. Er is minder schaamte om fouten te maken.

* Er wordt beweerd dat comapatiënten soms reageren op de geur van ‘hun bekende’ hond. Dit kan bijdragen toe een verbetering van de lichamelijke gezondheid van de patiënt.

 

Er zijn ook therapie- en waarschuwingspoezen. Deze dieren doen het meest waardevol werk in de verbetering van de levenskwaliteit van dementiepatiënten en in een tehuis. Het is bekend dat het ‘spinnen van de poes’, het genezingsproces van gebroken botten kan stimuleren. De 'kattenmuziek' veroorzaakt vibraties, die op een frequentie tussen 20 en 50 Hertz een hogere botdichtheid en een snellere botaanmaak bevorderen.

En zelfs tijdig waarschuwen bij epileptische aanvallen is niet alleen voor honden weggelegd. Zo haalde poes Lilly het nieuws. Toen haar jonge baasje Nathan op het punt stond een epileptische aanval te krijgen, gedroeg ze zich als een dolle en rende luid miauwend de trap op en af. Nathans moeder is ervan overtuigd dat Lilly zelfs zijn leven heeft gered. Na de aanval hiel Nathan op met ademen en Lilly begon zijn lippen te likken. ''Plotseling begon hij weer te ademen en sindsdien wijkt ze niet meer van zijn zijde'' (Bron: Daily Mail).

De Schotse Louise Booth schreef een boek over haar autistische zoon Fraser en zijn kater Billy. Verschillende therapeuten konden de jongen niet helpen. Louise was wanhopig en probeerde of een huisdier iets zou uithalen. Het was een wonder toen Fraser met het dier begon te praten... meer hierover kan je lezen in "Billy de kat" - Louise Booth

In een Amerikaans rusthuis worden zelfs lama’s ingezet. De beestjes brengen regelmatig een bezoek aan de afdeling dementie zodat de bewoners tegen de dieren kunnen praten en hen kunnen aanraken. Grotere dieren blijken een positief effect te hebben en het leven van chronisch zieken en/of personen te helpen.

 

Nog wat bewezen voordelen van een huisdier op onze gezondheid

  • Je zou niet meteen denken aan varkens om te mediteren, wel in Duitsland worden ze ingezet voor zen-doeleinden. Er worden meditatiesessies georganiseerd waarbij deelnemers op een weide zitten en kijken naar de varkens om rustig te worden.
  • Kinderen die vanaf de geboorte opgroeien met een huisdier zouden, in het eerste levensjaar een sterker immuunsysteem ontwikkelen. Onderzoek toonde aan dat dieren in huis, vooral katten, bevorderlijk zijn voor ontwikkelen van immuniteit tegen astma en allergieën. Die kinderen hebben in hun eerste levensjaar ook minder last van verkoudheden en oorontstekingen dan baby’s die opgroeien in een huis waar geen huisdieren zijn. Dus, maak je geen zorgen als je poes of hond je lieve kleine met een flinke lik op zijn gezicht zijn vriendschap betuigt!
  • Het is niet ongewoon dat een dokter de raad geeft om een dier in huis te halen voor wie gevoelig is voor een lichte tot milde depressie. Een huisdier kan als therapie nuttig zijn om met een depressie om te gaan en zelfs om ervan te genezen. Met een hond móét je wandelen. En elke dag een stuk lopen in de buitenlucht heeft hetzelfde effect als een antidepressivum.

 

Volgend slot komt uit via internet van www.hartvoordieren.nl

Dieren vragen aandacht door met hun neus tegen ons aan te duwen of onze handen te likken. En dieren zijn onbevooroordeeld en eerlijk. Ze streven niets anders na dan hun eigen doelen. Voor hond en kat zijn mensen zoals ze zijn en zo worden ze ook gewaardeerd, of ze nu jong zijn of oud, dik of dun, ziek of gezond. Het kan hen niets schelen of een mens slecht te pas is, of dement, of hij onverstaanbaar praat en of hij zijn therapeutische oefeningen vandaag wel of niet heeft gedaan. Ze vragen niet naar ervaringen of beweegredenen. Ze nemen ons zoals we zijn. En juist de mensen die dat gevoel lange tijd hebben moeten missen, reageren vaak des te emotioneler op de onvoorwaardelijke vriendschap van dieren.

 

 

Nog een interessante link :

http://www.licg.nl/377/praktisch/omgaan-met-huisdieren/de-rol-van-huisdieren/dieren-in-de-zorg-aaa-aat.html

Bron: het gesprek met Nienke Endenburg komt uit Libelle

foto's genomen via google

 

Volgend deel : Hoeveel kost een huisdier?

Maak jouw eigen website met JouwWeb