Een lange en gevaarlijke reis

 

Het mysterieuze leven van een paling.

Heb jij ooit een heel verre reis gemaakt van ong. 6000 km heen en 6000 km terug?

Palingen doen het wel, maar niet in een vliegtuig!

De paling is een bijzondere vis. Trouwens wie zwemt nu zo’n 6000 km om zich voort te planten? Onderzoek aan de universiteit van Leiden heeft aangetoond dat palingen in staat zijn om die 6.000 kilometer af te leggen. Er is hier ook ontdekt dat palingen zeer weinig energie gebruiken om te zwemmen. In totaal verbranden zij slechts een zeer kleine hoeveelheid energie om zich te verplaatsen. Voor de reis van 6.000 kilometer, slechts ca 120 gram per kilo lichaamsgewicht, overeenkomend met 40% van de vetreserves.

De paling is een vis die gewoon in elk water (dat toegankelijk is) zwemt. Dus ook in de gracht en vijver bij jou in de buurt. Palingen kunnen dus zowel in zeewater als in zoet water leven.

Het heeft lang geduurd voordat zijn levenswijze duidelijk was. Volwassen palingen leggen hun eieren in de Sargassozee, een gebied ten noorden van Cuba in de beruchte Bermuda driehoek. Als kleine larven beginnen ze aan een trektocht door de Atlantische Oceaan. Ze drijven mee op de stroming, helemaal van de Sargassozee naar Europa. Als oude mannen en vrouwen sterven ze na een lange reis weer op de plek waar ze geboren zijn. Maar een palingleven is niet zonder gevaar!

afbeelding van : http://www.nevepaling.nl/files/Image/nederlands/strip(1).jpg

 

Maak de reis van de paling mee …

1. Van wilgenblad tot glasaal

In de Sargassozee groeien de wilgenbladvormige larven (Leptocephalus). Dit is in 1923 door de Deense onderzoeker Johannes Schmidt ontdekt, die de kleinste larven in de Sargassozee aantrof. Pasgeboren palingen (de larven) zijn plat en doorzichtig en slechts 3 mm lang (op rechtse foto, sterk vergroot)

Na ongeveer 3 jaar zwemmen en meedrijven op de Golfstroom (zo'n 6000 km) bereiken ze de kusten van Europa. Dat is een hele prestatie als je nog géén derde van een gram weegt. Ze zijn dan ongeveer 7 cm lang.

Even voor Europa wordt de oceaan wat ondieper. Hierdoor veranderen de larven binnen enkele dagen in de typische slangachtige palingvorm. Omdat deze jonge palingen helemaal doorzichtig zijn, hebben ze de benaming ‘glasalen’.

 

2. Van zout naar zoet

De glasaaltjes wachten samen op het juiste tijdstip om met miljoenen tegelijk de rivieren van de  Europese kust op te zwemmen. Met hun goede neus ruiken de glasaaltjes het zoete water op grote afstand. Ze ‘liften’ mee met de vloedstroom om dat zoete water te bereiken. Maar vaak houden dammen en sluizen de glasaaltjes tegen. Hulpmiddelen als vistrappen, aalladders, aalgoten, goed sluisbeheer en hulp van vissers zijn noodzakelijk om de glasaaltjes naar het zoete water te brengen.

 

3. Van glasaal naar rode aal of pootaal

Ze trekken niet allemaal even ver de rivier op. Sommigen blijven liever dicht bij zee, anderen kunnen wel zo’n 1000 km stroomopwaarts trekken. Zodra de glasaal zoet water bereikt, krijgt hij kleur en heet ‘rode aal’. Omdat er glasalen zijn die door de barrières niet meer zelfstandig de rivier op kunnen zwemmen, wordt deze voor de kust gevangen en groot gebracht in een palingkwekerij. Deze gekweekte paling heet ‘pootaal’.

 

4. Het leven van de paling in het zoete water

Paling leeft het liefst in warm, stilstaand of traag stromend water. Belangrijk zijn donkere schuilplaatsen overdag, tegen roofvissen en vogels die paling een smakelijk hapje vinden. ’s Nachts jaagt de paling op kleine waterdieren zoals muggenlarven, slakken, watervlooien, wormen, kleine vissen en kuit van andere vissen. Helaas is het water bij de grote rivieren vervuild. Gif slaat op in het vet van vis. Daarom mag op grote rivieren nu niet op paling gevist worden. De overheid controleert streng, zodat we zeker zijn dat de paling die we kopen veilig is.

De palingen brengen het grootste deel van hun leven door in zoet water. Na 2 tot 5 jaar zijn de glasalen uitgegroeid tot palingen van ongeveer 25 cm.

Tot een lengte van ongeveer 28 cm kunnen ze van geslacht veranderen. Dat is raar en geheimzinnig! Bij kleine palingen is het bijna onmogelijk om verschil te zien tussen de meisjes en de jongens. Als ze groter worden bepalen ze zelf hun geslacht.  Het is dus voor een paling mogelijk om te “kiezen” om meisje of jongen te worden. Ook hierin is een paling een bijzondere vis.

In het zoete water doet de paling niks anders dan eten en ze kunnen tot wel 80 jaar op dezelfde plaats blijven. Ze groeien en groeien en kunnen soms meer dan een meter lang worden.

'Een paling van 89 cm gevangen in de Europoort'

 

En dan komt het moment dat de biologische wekker afgaat! Het is tijd om op huwelijksreis te gaan naar de Sargassozee!

 

5. Puberen en voortplanten

Ook palingen beginnen te puberen. De laatste verandering vindt dan plaats in het najaar, de paling verandert in schierpaling. Schier is oud Nederlands voor blank. De buik van de paling verandert van geel in een wit-zilveren kleur (blank). De kleur van zijn rug verandert van olijfgroen-bruin in zwart en hij krijgt een dikker vel. Ook zijn ogen worden groter en hij krijgt een spitsere snuit, waardoor hij nu meer op een diepzeevis lijkt. De borstvinnen worden groter en de verbinding tussen slokdarm en maag groeit nagenoeg dicht. Ze hebben heel veel vet opgeslagen omdat ze tijdens de lange reis terug niets eten. Aan het begin van de zomer zijn ze klaar voor de grote reis van wel 6000 km, terug naar het zoute water en de Sargassozee om zich voort te planten.

Aan het begin van de zomer wil de paling zó graag terug naar de Sargassozee om zich voort te planten dat hij soms zelfs over land door (vochtige) weilanden kruipt. Het is een bijzondere eigenschap van de paling is dat die lange tijd buiten het water kan overleven. Geholpen door hun slijmachtige huid, trekken ze over vochtige weilanden tot ze weer water bereiken. Hij houdt zijn kieuwen daarbij gesloten en haalt adem door zijn huid. Op deze manier kan de paling landbarrières tussen water oversteken.

 

6. De cirkel is rond

De uittocht van miljoenen schieralen vanuit Europa naar de Noordzee verloopt niet zonder slag of stoot. De palingen zijn tussen de 15 en 85 jaar oud en wegen vaak meer dan 1 kg. Ze zijn zo dik als de bovenarm van een volwassen man. Daarom is het niet steeds even gemakkelijk om de weg naar de open zeeën en vervolgens de geboortegrond terug te vinden. Velen raken gewond in waterkrachtcentrales, gemalen en sluizen.

Eenmaal in de diepe oceaan zwemmen ze ’s nachts aan de oppervlakte en overdag in de diepte, tot wel 800 meter. Als het ze is gelukt om de duizenden kilometers naar de Sargassozee te zwemmen, na een reis die wel 2 jaar kan duren, paaien ze.

Na de voortplanting komen er per paring tussen de twee-, of vier miljoen eieren. Na een dag of 10 komt er uit elk eitje een larve. Dit is nog nooit door mensenogen gezien, het enige bewijs zijn de kleine wilgenbladlarven die in de Sargassozee aan de oppervlakte komen om aan een lange reis te beginnen. Na het paaien sterft de volwassen paling.

Maar het leven gaat verder … de larven … de glasaaltjes … de rode aal ….enz  …..

 

Nog enkele weetjes :

* De oudste in Nederland gevangen paling was 85 jaar. Wetenschappers kunnen de leeftijd van een paling vaststellen door het gehoorbeentje door te zagen en de ringen (onder een microscoop) tellen als bij een boom.

* In het Zuid-Zweedse Brantevik is een aal van 155 jaar overleden

http://www.ad.nl/ad/nl/1014/Bizar/article/detail/3715620/2014/08/08/Ale-155-is-niet-meer-oudste-paling-ter-wereld-overleden.dhtml

* Jonge palingen komen vaak in problemen als ze aankomen op de Europese kusten. Door deze ernstige belemmering van de natuurlijke migratie, is de palingstand de laatste decennia gedaald. In heel Europa geldt daarom de verplichting om jonge paling in zoetwater uit te zetten. Dit ligt vast in de Europese Aalverordening en het Nederlands Aalbeheerplan. Op onderstaande foto's zie je glasaal, afkomstig uit Frankrijk, waar de palinkjes de afgelopen dagen bij de monding van rivieren werden gevangen. In een vrachtwagen met bijna 273 koelboxen zijn ze naar Nederland gereden. De Visserijbedrijven van Henk Timmer en Jan Foppen zetten hun boten in om de palinkjes de Randmeren op te varen en uit te zetten.

Ook in België wordt héél jonge paling geholpen en uitgezet (onderstaande foto)

Op de foto hieronder zie je kapotte paling, geknakt door gemalen.

Een gemaal is een inrichting om water van een lager naar een hoger niveau te brengen.

* Kweekpaling verschilt van de wilde variant. Het eerste opvallende verschil zit hem in de dikte van de huid. Wilde paling heeft een dun, zacht vel, waardoor je hem zo van de graat kunt eten. Kweekpaling heeft een wat dikkere huid, en moet daardoor langer in het pekelbad en schreeuwt om in een rookkast gehangen te worden.

* De sidderaal ( onderstaande foto) is eigenlijk helemaal geen aal. De sidderaal lijkt wel veel op de paling maar is nauwer verwant aan de karper en de meerval.

* De paling kan wel wel 24 uur buiten het water overleven.  Wanneer de paling op doortocht is kan deze dan ook korte afstanden over land afleggen!

* Vrouwtjes worden groter dan mannetjes. Ze kunnen wel een meter lang worden en 3 kilo zwaarder. Mannetjespalingen worden ongeveer 50 cm en 400 gram.

* Een paling kan onder het water net zo goed ruiken als ene hond op hte land.

* Ieder vrouwtje kan ruim een miljoen larven produceren.

* Maan, wind, regen en stroming hebben een invloed op de trek van de paling.

* De paling wordt met uitsterven bedreigd. Meer hierover via volgende links :

http://www.nieuwsblad.be/cnt/go83dg4cq

http://www.greenpeace.nl/Nieuws_2011/Duurzame-paling-bestaat-niet/
 

 

Paling als consumptievis

Voor de oorlog was paling volksvoedsel. Het stoofaaltje werd door de hele bevolking gegeten. Nu is dat niet meer zo. Het is ook zo dat de hoeveelheid jonge aal die vanuit de zee onze wateren is binnengetrokken, zeer sterk is afgenomen.

Paling is in elk van zijn 3 levensfasen voor consumptie geschikt. Als glasaaltjes belanden ze bij menig kookgrage Spanjaard sissend in een gloeiend hete cazuela met olijfolie, knoflook en pepertjes – een ware delicatesse in Baskenland.

Vlak voor de palingen naar zoute wateren willen trekken voor hun laatste reisdoel, zijn ze zilverkleurig en op hun dikst. Vol energie en klaar voor de gigantische reis die ze moeten afleggen. Deze dikkerds (vooral die uit het IJsselmeer en de Oosterschelde) zijn niet te versmaden – het pure, smaakvolle vlees bestaat uit bijna 25% vet.

 

 

Foto's zijn genomen via google voor commercieel hergebruik

Bronnen :

https://nl.wikipedia.org/wiki/Paling

http://www.waddenzeevismonitor.nl/vissensoort/paling-anguilla-anguilla-42.html

http://www.restaurantstapsteen.be/hetlevenvaneenpaling

http://www.nevepaling.nl/nederlands/feiten---cijfers/mysterieuze_leven_van_de_paling/

http://www.kustenzee.nl/downloads/KZG13.pdf

https://www.kokswereld.nl/paling/