Spaanse keuken - Andalusië : fruit, groenten en zoete lekkernijen

In vorige delen ging het over Andalusië en gazpacho en Andalusië, olijfolie, vis en vlees

In dit derde en laatste deel zien we:

Fruit en groente

Het klimaat in Andalusië is perfect voor fruit en groenten; zoals de sappige perzik, papaja, persimmon en mango, evenals tomaat, asperge, aubergine en artisjok.

links: 'persimmon' - rechts: 'papaja'

Een bijzondere vermelding verdient het fruit dat reeds eeuwenlang in verband gebracht wordt met de Costa del Sol: rozijnen, granaatappels en vijgen werden door het gehele Romeinse keizerrijk verspreid vanuit deze kust.

Vijgen

De laatste jaren worden subtropische producten zoals avocado, chirimoya en nispero geteeld in het meest oostelijke deel van deze kuststreek. De chirimoya is een cactusvrucht die qua structuur een beetje op passievrucht lijkt en veel zaadjes heeft. De nispero lijkt nog het meest op een abrikoos en heeft 6 gladde zaden.

links: chirimoya - rechts: nispero

Bij een typisch Andalusisch ontbijt hoort de Andalusische tomatensalade.

Hiervoor heb je nodig:

  • 1 ½ kg rijpe tomaten
  • 1 takje verse basilicum
  • 1 redelijk grote ui
  • 6 eetlepels olijfolie
  • 2 eetlepels azijn, peper en zout

Klaarmaken:

  • leg de tomaten enkele seconden in kokend water en pel ze. Snij ze in schijven en bestrooi ze met zout.
  • Snij de ui én de basilicum fijn. Meng ze door elkaar en voeg olijfolie, azijn, peper en zout bij.
  • Doe als de tomaten wat uitgelekt zijn het basilicummengsel erop
  • Serveer dit met donker brood (bv. roggebrood)

Kaas

De kazen van Andalusië zijn buiten de regio nauwelijks bekend. Ze worden gemaakt met geiten- of schapenmelk, heel af en toe ook met koemelk. De kazen zijn vrij scherp van smaak en zullen dan ook nooit na een maaltijd gegeten worden, maar eerder als aperitiefhapje bij een glas manzilla, fino of oloroso (kruidige sherryvariant)

 

Een ZOET ontbijt

Naast brood met de typische tomatensalade houden Andalusiërs van zoet. Je vindt ze overal in Spanje en ’s morgens zijn ze niet weg te denken uit het Andalusische straatbeeld: de churros.

Echt gezond zijn ze niet, deze gefrituurde deegreepjes. Maar ze zijn een onweerstaanbare zoete zonde: knapperig van buiten, zacht van binnen en besprenkeld met suiker. Volg het voorbeeld van de plaatselijke bevolking en bestel als ontbijt een portie churros. Doop de churros in je koffie maar nog liever in warme chocolademelk en je hebt een hemels begin van je dag.

Deze lekkernij krijgt op andere plaatsen wel eens een andere naam: calentitos, tejeringos, jeringos … hoe dan ook, ze worden geserveerd met een dikke, donkere chocolademelk. Verrukkelijk!

 

Gebak

De Arabische en Joodse invloeden zijn ook overduidelijk aanwezig in het heerlijke en gevarieerde aanbod van Andalusisch gebak. Op het gebied van patisserie worden vooral tortas de aciete (links) en mostachones (rechts) zeer gewaardeerd.

In Jerez de la Frontera is de ‘Tocino de cielo’ een voorbeeld van Arabische zoetigheid. Dit is een soort flan, een mierzoet, romig custarddessert met caramel erop. De naam betekent ‘hemels spek’.

In Estepona kan je genieten van de ‘polvorones’ (zachte en kruimelige koekjes op basis van bloem, reuzel en gemalen amandelen) en de ‘mantecados’, die rond kerstmis in heel Spanje worden gegeten.

links: 'polvorones' - rechts 'mantecados'

En wat denk je van de broodjes in alle maten en soorten, bladerdeeggebak of honingbeignets? Ze worden meestal gemaakt in de kloosters en dan nog volgens traditionele recepten. Vandaar de veelzeggende benamingen zoals bv. ‘huescos de santos’ (heiligenbeenderen), ‘cabellos de ángel’ (engelenhaar), ‘suspiro de monjas’ (nonnenzucht)

links: huescos de santos   -   rechts: cabellos de ángel   -   onder suspiro de monjas

 

TAPAS

De tapeo (of tapastocht) is een ‘als vanzelfsprekend’ onderdeel van het leven in Andalusië. Elke bar heeft gewoonlijk een eigen specialiteit: de ene heeft bv een eigen croquetas (aardappelkroket, meestal gevuld met ham of kabeljauw), terwijl een andere uitzonderlijke ham serveert en weer een andere de beste albondiga’s  in de buurt maakt. De tapeo (van de ene tapasbar naar de andere gaan) is een regionaal instituut. Rond Granada krijg je de hapjes nog altijd gratis bij de drank.

Meer over tapas en tapeo lees je in een VORIG ARTIKEL

 

En ik sluit af met een typisch Spaans zomerdrankje dat veel gedronken wordt in Sevilla en Andalusië, namelijk de ‘Tinto de verano’.

Je hebt nodig: een goedkope rode wijn, casera gaseosa en ijsblokjes. Maar omdat de casera gaseosa hier niet te verkrijgen is, kan je Sprite of 7-up gebruiken. Die lijken het best op de casera. Maar Fanta citroen of Fanta lemon kan ook.

Zo maak je het drankje klaar:

  • Doe heel wat ijsblokjes in een groot glas
  • Vul het voor de helft met de wijn en de andere helft met de frisdrank
  • Doe een of twee schijfjes citroen in het glas
  • Serveer héél koud!

Een echte originele tinto de verano bestaat niet, elke Spaanse regio heeft een eigen recept.

 

Ik sluit de reeks over Spaanse gastronomie, in de verschillende streken, af met een foto van ons bezoek aan Tio Pepe, de bekende sherry uit Jerez de la Frontera