Onkruid beter voorkomen en minder wieden.

Minder wieden met slimme ingrepen!

Onkruid beter voorkomen!

Wie houdt er nu echt van wieden?

En, onkruidverdelgers doen de natuur geen goed!
Wees het onkruid te slim af en richt je tuin zo in dat je er straks alleen maar kunt van genieten, zonder wieden!

 

Een pas aangelegde tuin

Is je tuin nog maar pas aangelegd en zijn er nog veel kale plekken? Bedek de bodem dan zo snel mogelijk met een anti-onkruiddoek of worteldoek.
Deze onderdrukt sterke onkruiden die nog in de grond aanwezig zijn en voorkomt dat nieuw onkruid zich uitzaait.
Er zijn geweven doeken uit kunststof of vergankelijke ecologische materialen. Ze zijn gemakkelijk in gebruik, licht en sterk en voldoende poreus om het regenwater door te laten.
Zorg dat er voldoende basisbemesting en organisch materiaal in de bodem zit voor je het doek aanbrengt. Want meststoffen kunnen er daarna maar moeilijk doorheen.

Wanneer je achteraf een bodembedekker of bloemen wenst te planten, kan je met behulp van een mes twee sneden maken (in kruisvorm) waar je dan de plant kan ingraven.

Vind je zo’n doek niet esthetisch, bedek ‘m dan met een laagje schors of houtsnippers. Gebruik nooit ondoorlatende landbouwplastiek!

 

Tussen de bestaande planten

Ook in een volwassen tuin is het zaak van elk stukje kale grond te bedekken. Strooi in de borders onder de hagen een mulchlaag van 5 tot 8 cm grove compost, houtchips (van bv kastanjehout), eigen hakselhout, champignonmest of bladaarde.
Schors en cacaodoppen ogen erg mooi maar zijn ook duurder.
De eerste keer is het een klus om al die kruiwagens rond te rijden maar daarna zit je voor jaren goed. Moeilijk is het niet.
Leg geen verse schors rond jonge aanplant, dat creëert (tijdelijk) stikstoftekort.
Hou de mulch weg van de stammen van bomen, struiken en hagen, het kan er gaan rotten.
Bemesten doe je gewoon bovenop de mulchlaag. Controleer in een lange droge periode of de grond eronder nog voldoende vochtig is: dat zie je natuurlijk niet op het eerste zicht.
Ook in je moestuin kan je mulchen, met een laagje van 2 cm grasmaaisel, gehakseld vlas of hennep (in het tuincentrum). Dat is net fijn genoeg om je jonge plantjes niet te verstikken.

links cacaodoppen  -  rechts hakselhout

 

Paden en opritten

In paden met losse verharding zoals grind, dolomiet of boomschors kunnen onkruiden enkel oppervlakkig wortelen. Een schoffel- of harkbeurt op een zonnige droge dag kan volstaan.
Dolomiet kan een harde bovenlaag krijgen, waar mos en onkruid wel makkelijk in wortelt. Kies liever voor riviergrind of ‘castle gravel’.

Voegen tussen kasseien, dallen (= betontegels) en klinkers zijn lastig in onderhoud. Hier helpt alleen een harde, al dan niet automatisch roterende borstel of een onkruidbrander. Diepwortelend onkruid ga je best met een mesje te lijf!

Moeten je paden nog aangelegd worden, hou de voegen dan zo fijn mogelijk en vul ze met polymeerzand, dat hardt de voegen uit. Of overweeg grastegels voor de oprit. De holle verharding zaai je net als gazon in en maai je gewoon mee. Op een droog of afhellend terrein is dit af te raden : het gras droogt te snel uit.

 

Krijg je het onkruid door omstandigheden toch niet onder controle, kies dan resoluut voor een biologische onkruidbestrijder. Je hebt er die zelfs definitief komaf maken met hardnekkig onkruid als zevenblad en paardenstaart.

Soms zal je meer dan één keer in het seizoen moeten oprukken, maar dat weegt niet op tegen de verstrekkende negatieve invloed die klassieke herbiciden hebben op het ecologisch evenwicht in je tuin.

 

Enkele tips

  1. laat onkruid niet uitzaaien! Doorgaans leeft onkruid maar één jaar, of minder. Zolang het geen zaad produceert, hou je het onder controle
  2. Inspecteer regelmatig. Het is veel gemakkelijker en efficiënter om elk weekend een half uurtje opkomend onkruid weg te schoffelen of te wieden, dan één keer per maand een dagenlang gevecht te leveren.
  3. Begin tijdig, nu dus! Maai opkomend zevenblad meteen, trek jonge brandnetels uit (en maak er een soepje van), steek paardenbloemen uit vóór ze zaad maken.
  4. heeft het geregend, dan kan je onkruid gemakkelijk met de hand wieden. Bij droog en zonnig weer kan je beter schoffelen. Meer dan een lentebriesje is er niet nodig om het onkruid ter plaatse te laten verdrogen.

links: de hardnekkige paardenstaart

 

links bladaarde maken  -  rechts champignonmest

 

Succes gewenst!